Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Frans Nederlands
  • la mémoire = het geheugen
  • en fait = in feite
  • le refus = de afwijzing
  • déçu = teleurgesteld
  • le chagrin = het verdriet
  • l’échec = de mislukking
  • consoler = troosten
  • oser = durven
  • contenir = bevatten
  • se passer de = zonder kunnen
  • le sentiment = het gevoel
  • l’angoisse = de angst
  • le coup de foudre = de liefde op het eerste gezicht
  • la patience = het geduld
  • déclarer son amour = een liefdesverklaring doen
  • établir = vaststellen
  • réciproque = wederzijds
  • l’ado / l’adolescent = de tiener
  • s’avancer vers quelqu’un = naar iemand toe komen
  • le mouchoir = de zakdoek
  • éviter = vermijden
  • sentir = voelen
  • rougir = blozen
  • en tout cas = in elk geval
  • séduire = verleiden
  • bien s’entendre avec = goed overweg kunnen met
  • plaire à = bevallen
  • rompre = het uitmaken
  • draguer = versieren
  • aimer = houden van