EN
NL
FR
DE
ES
IT
Learn vocabulary
Tips
Study method
Start
Wozzol
Tips
Study method
About
Vocabulary lists
News
What can you do?
Learn vocabulary
Learn lines
Learn pictures
Explanation
FAQs
Articles
If you would like to learn more vocabulary in a foreign language please let us know.
Contact us
Vocabulary list
Vocabulary lists
Frans
ThiemeMeulenhoff
Libre Service vierde editie
VWO - Leerjaar 6 - 4e editie
6 vwo-Module Lire , LEÇON 3
Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.
Actions
Open list to learn
Print the list as
flashcards
Export list as text file
Frans
Nederlands
il vaut mieux
=
je kunt beter
depuis
=
sinds
serré
=
strak
l’inverse (m)
=
het tegenovergestelde
récemment
=
onlangs
ne … que
=
slechts / alleen maar
la majorité
=
de meerderheid
d’ailleurs
=
trouwens
la gravité
=
de zwaartekracht
la pointure
=
de schoenmaat
s’initier à
=
zich vertrouwd maken met
lorsque
=
terwijl / als
autant que
=
(net) zo veel als / evenveel als
la semelle
=
de zool
franchement
=
eerlijk gezegd
aigu
=
scherp / spits
s’apercevoir
=
(be)merken
le soulier (fam.)
=
de schoen
en face
=
tegenover
le canard
=
de eend
l’équilibre (m)
=
het evenwicht
pourtant
=
toch
l’escarpin (m)
=
de pump (type schoen)
ressentir
=
voelen
miraculeux / miraculeusement
=
wonderbaarlijk
la soie
=
de zijde (stof)
ralentir
=
langzamer gaan / vaart minderen
donc
=
dus
la compagne
=
de (vrouwelijke) partner
le taureau
=
de stier
le cordonnier
=
de schoenmaker
le velcro
=
het klittenband
la tong
=
de teenslipper
branché
=
modern
la botte
=
de laars
usé
=
versleten
les pieds nus (m pl)
=
de blote voeten
la chaussette
=
de sok
le lacet
=
de veter
la fermeture éclair
=
de rits