Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Frans Nederlands
  • les soldes (m pl) = de uitverkoop
  • cher, chère = duur
  • le site = de website
  • tu mets (mettre) = jij trekt aan (aantrekken)
  • renvoyer = terugsturen
  • quelque chose = iets
  • le sweat = het sweatshirt
  • couter = kosten
  • rapide = snel
  • le paquet = het pakket
  • la veste = het jasje
  • choisir = kiezen
  • essayer = passen
  • commander = bestellen
  • vous venez (venir) = jullie komen, u komt (komen)
  • si = als
  • court = kort
  • à fleurs = bloemetjes
  • seulement = alleen maar
  • élégant = elegant
  • chic = chic
  • gratuit = gratis
  • le rayon = de afdeling
  • pratique = praktisch
  • le blouson = het jack