Compañeros deel 4

Woordenlijsten Compañeros deel 4

Hier vind je de woordenlijsten van Compañeros deel 4 van Intertaal.

Leer de woordjes makkelijk met Wozzol.

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Spaans Nederlands
  • la tecnología = de technologie
  • la bombilla = de gloeilamp
  • el submarino = de duikboot
  • el antibiótico = het antibioticum
  • la imprenta = de drukpers
  • el motor = de motor
  • el automóvil = de auto
  • el neumático = de luchtband
  • la radiactividad = de radioactiviteit
  • el sistema = het systeem
  • la lectura = het lezen
  • el ciego = de blinde
  • el químico = de scheikundige
  • la microbiología = de microbiologie
  • polaco = Pools
  • el inventor = de uitvinder
  • contribuir = bijdragen
  • contemporáneo = hedendaags
  • el herrero = de smid
  • especializar = zich specialiseren
  • la impresión = het drukken
  • la biblia = de bijbel
  • la guía = de gids
  • constituir = samenstellen
  • la hoja = het blad
  • el marino = de zeeman
  • el militar = de militair
  • el teniente = de luitenant
  • el teniente de navío = de luitenant-ter-zee
  • la armada = de vloot
  • el escocés = Schots
  • descubrir = ontdekken
  • la penicilina = de penicilline
  • la infección = de ontsteking
  • provocar = teweegbrengen
  • la ceguera = de blindheid
  • irreversible = onomkeerbaar
  • la electricidad = de elektriciteit
  • las matemáticas = de wiskunde
  • el matemático = de wiskundige
  • la psicología = de psychologie
  • la física = de natuurkunde
  • la medicina = de geneeskunde
  • las ciencias = de exacte wetenschappen
  • el jefe = de baas
  • la jefa = de bazin
  • el acelerador = de versneller
  • la partícula = het deeltje
  • prestigioso = prestigieus
  • humilde = eenvoudig / nederig
  • minero = mijnbouw-
  • galés = Welsh
  • interesarse = zich interesseren
  • apartarse = zich verwijderen
  • atraer = trekken
  • el discípulo = de volgeling
  • la investigación = het onderzoek
  • contagiar = besmetten
  • voluntariamente = vrijwillig
  • el virus = het virus
  • la jubilación = de pensionering
  • la fama = de roem
  • el reconocimiento = de erkenning
  • la clase social = de sociale klasse
  • intenso = intens
  • el microorganismo = het micro-organisme
  • preservar = behoeden
  • el abandono = het verlaten