Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Frans Nederlands
  • la voix = de stem
  • chasser = (ver)jagen
  • l’armée (f) = het leger
  • le prisonnier, la prisonnière = de gevangene
  • condamner = veroordelen
  • la mort = de dood
  • le poète = de dichter
  • s’opposer à = zich verzetten tegen
  • comment ça marche ? = hoe werkt dat ?
  • le chimiste = de scheikundige
  • le physicien, la physicienne = het gebied
  • le domaine = zich iets afvragen
  • la médecine = de geneeskunde
  • la découverte = de ontdekking
  • l’existence (f) = het bestaan
  • la bactérie = de bacterie
  • l’importance (f) = het belang
  • l’hygiène (f) = de hygiëne
  • inventer = uitvinden
  • l’aliment (m) = het voedingsmiddel
  • la maladie = de ziekte
  • causer = verzoorzaken
  • survivre = overleven
  • convaincre = overtuigen
  • la paix = de vrede