Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Frans Nederlands
  • les vacances = de vakantie
  • j'ai travaillé = ik heb gewerkt
  • je vais travailler = ik ga werken
  • ici = hier
  • rester = blijven
  • une note = een cijfer
  • si difficile = zo moeilijk
  • mauvais = slecht
  • la rivière = de rivier
  • faire du camping = kamperen
  • faire de la voile = zeilen
  • fêter = vieren
  • le parc = het park
  • la fin = het einde