Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Frans Nederlands
  • souhaiter = wensen
  • permettre = toestaan
  • jeter = gooien
  • avoir le droit de = het recht hebben om / het recht hebben
  • fumer = roken
  • déranger = storen
  • avoir raison = gelijk hebben
  • pas assez = niet genoeg
  • consulter = raadplegen
  • le compte = de rekening
  • correct = juist
  • se tromper = zich vergissen
  • devoir = moeten / schuldig zijn
  • la permission = de toestemming
  • dépenser = uitgeven
  • montrer = tonen / laten zien
  • grandir = opgroeien / groeien
  • plonger = duiken
  • descendre = afdalen / dalen
  • la publicité = de reclame
  • vivre = leven
  • le chemin = de weg
  • le metteur en scène = de regisseur
  • le cadreur = de cameraman
  • ajouter = toevoegen
  • autrement = anders
  • en colère = woedend