EN
NL
FR
DE
ES
IT
Learn vocabulary
Tips
Study method
Start
Wozzol
Tips
Study method
About
Vocabulary lists
News
What can you do?
Learn vocabulary
Learn lines
Learn pictures
Explanation
FAQs
Articles
If you would like to learn more vocabulary in a foreign language please let us know.
Contact us
Vocabulary list
Vocabulary lists
Frans
Malmberg
D'accord3
1vmbo-gth
1vmbo-gth-H7-FN
Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.
Actions
Open list to learn
Print the list as
flashcards
Export list as text file
Frans
Nederlands
Taillons la route!
=
Op pad! / Op weg!
l’été
=
de zomer
faire du théâtre
=
toneelspelen / acteren
il suit (suivre) / il suit
=
hij volgt
passer les vacances
=
de vakantie doorbrengen
le ciel
=
de hemel
C’est mieux.
=
Dat is beter.
ils partent (partir) / ils partent
=
ze vertrekken
un micro-ondes
=
een magnetron
une piscine
=
een zwembad
un croque-monsieur
=
een tosti met ham en kaas / een tosti
la même chose
=
hetzelfde
le voilier
=
de zeilboot
ce soir
=
vanavond / deze avond
incroyable
=
ongelooflijk
Ça a été merveilleux!
=
Dat is prachtig geweest! / Het is prachtig geweest!
heureux
=
gelukkig
As-tu le temps …?
=
Heb je tijd …?
ça veut dire
=
dat wil zeggen / dat betekent
un projet
=
een plan
les nouvelles
=
het nieuws
un petit mot
=
een berichtje
C’était super!
=
Dat was geweldig!
les gens
=
de mensen
au bord de
=
aan de rand van
assister à
=
bijwonen
Quel temps fait-il?
=
Wat voor weer is het?
un vol
=
een vlucht
le bonheur
=
het geluk
la capitale
=
de hoofdstad
de plus
=
meer
Je suis presque sûr que …
=
Ik ben er bijna zeker van dat …
la langue
=
de taal
tout le mois
=
de hele maand
toutes les vacances
=
de hele vakantie