EN
NL
FR
DE
ES
IT
Learn vocabulary
Tips
Study method
Start
Wozzol
Tips
Study method
About
Vocabulary lists
News
What can you do?
Learn vocabulary
Learn lines
Learn pictures
Explanation
FAQs
Articles
If you would like to learn more vocabulary in a foreign language please let us know.
Contact us
Vocabulary list
Vocabulary lists
Frans
Malmberg
D'accord3
1vwo
1vwo-H6-NF
Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.
Actions
Open list to learn
Print the list as
flashcards
Export list as text file
Frans
Nederlands
participer
=
deelnemen
faire la cuisine
=
koken
la cuisinière
=
de kokkin
le mari
=
de echtgenoot
une bouteille
=
een fles
un ouvre-boîte
=
een blikopener
la pluie
=
de regen
manger
=
eten
la confiture
=
de jam
le beurre
=
de boter
un repas
=
een maaltijd
acheter
=
kopen
je voudrais / j'aimerais
=
ik zou graag willen
inventer
=
uitvinden
autre chose
=
iets anders
une glace
=
een ijsje
de l’argent
=
geld
un verre
=
een glas
un pichet de vin rouge / une carafe de vin rouge
=
een karaf rode wijn
de l'eau plate
=
water zonder prik
de l’eau pétillante
=
water met prik
quelques minutes
=
enkele minuten
plus tard
=
later
le plateau
=
het dienblad
remarquer
=
opmerken
l’anniversaire
=
de verjaardag
l’oncle
=
de oom
raconter
=
vertellen
utiliser
=
gebruiken
le sucre
=
de suiker
le sel
=
het zout
le poivre
=
de peper
ajouter
=
toevoegen
se trouver
=
zich bevinden
le dessert
=
het toetje
le déjeuner
=
de lunch
le portemonnaie
=
de portemonnee
la fenêtre
=
het raam
la même chose
=
hetzelfde
la fraise
=
de aardbei
Combien de tomates?
=
Hoeveel tomaten?
une tranche de jambon
=
een plak ham
une pomme
=
een appel
voilà
=
alsjeblieft (als je iets geeft) / alsjeblieft
s’il te plaît
=
alsjeblieft (in vraag) / alsjeblieft