EN
NL
FR
DE
ES
IT
Learn vocabulary
Tips
Study method
Start
Wozzol
Tips
Study method
About
Vocabulary lists
News
What can you do?
Learn vocabulary
Learn lines
Learn pictures
Explanation
FAQs
Articles
If you would like to learn more vocabulary in a foreign language please let us know.
Contact us
Vocabulary list
Vocabulary lists
Frans
Malmberg
D'accord3
3vwo
3vwo-H5-NF
Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.
Actions
Open list to learn
Print the list as
flashcards
Export list as text file
Frans
Nederlands
le désert
=
de woestijn
le plat
=
het gerecht
un bâtiment
=
een gebouw
pousser
=
groeien
à cheval
=
te paard
couvert
=
bedekt
quotidien
=
dagelijks
hebdomadaire
=
wekelijks
en cuir
=
van leer
proche de
=
(dicht)bij
près de
=
bijna
se perdre
=
verdwalen
la ruelle
=
het straatje, steegje
une maison d’hôtes
=
een gastenverblijf
parfois
=
soms
la vue
=
het uitzicht
la planche à voile
=
de surfplank
siffler
=
(na)fluiten
découvrir
=
ontdekken
l’endroit
=
de plaats / plek
l’impression
=
de indruk
pauvre
=
arm
pieds nus
=
op blote voeten
l’avocat
=
de advocaat
travailler dans les champs
=
op het land werken
au lieu de
=
in plaats van
essayer
=
proberen
du jour au lendemain
=
van de ene dag op de andere
si
=
als
expliquer
=
uitleggen
avoir la chance
=
(het) geluk hebben
un atelier
=
een workshop
déguster
=
opeten
Je suis désolé.
=
Het spijt me.
marrant
=
leuk, lollig
l’agneau
=
het lam
la datte
=
de dadel
l’amande
=
de amandel
la pâtisserie
=
het gebak
les renseignements
=
de inlichtingen
le saucisson
=
de worst
le yaourt
=
de yoghurt
quand même
=
toch, wel
il se compose de
=
hij / het bestaat uit
à partir de
=
vanaf
généralement
=
over het algemeen
salé
=
zout
épais
=
dik