EN
NL
FR
DE
ES
IT
Learn vocabulary
Tips
Study method
Start
Wozzol
Tips
Study method
About
Vocabulary lists
News
What can you do?
Learn vocabulary
Learn lines
Learn pictures
Explanation
FAQs
Articles
If you would like to learn more vocabulary in a foreign language please let us know.
Contact us
Vocabulary list
Vocabulary lists
Frans
Malmberg
D'accord3
5havo
5havo-M1-NF
Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.
Actions
Open list to learn
Print the list as
flashcards
Export list as text file
Frans
Nederlands
le débutant
=
de beginner
le descriptif
=
de beschrijving
le metteur en scène
=
de regisseur
l’hébergement
=
het onderdak
se renseigner
=
informeren
sur demande
=
op aanvraag
à l’avance
=
van tevoren
répartir
=
verdelen
s’inscrire
=
zich inschrijven
à part
=
behalve
joindre
=
bereiken
l’achat
=
de aankoop
le vol
=
de diefstal
allumer le portable
=
de mobiel aanzetten
de mieux en mieux
=
steeds beter
assurer
=
verzekeren
je vous embrasse
=
veel liefs
au bout de la rue
=
aan het eind van de straat
l’itinéraire
=
de routebeschrijving
venir chercher quelqu’un
=
iemand ophalen
Contactez-moi.
=
Neem contact met mij op.
se perdre
=
verdwalen
au cas où
=
voor het geval dat
remonter le moral à quelqu’un
=
iemand een hart onder de riem steken
Je ne fais pas beaucoup de choses.
=
Ik doe niet veel.
en tout cas
=
in ieder geval
faire des études
=
studeren
déménager
=
verhuizen
s’adapter à
=
zich aanpassen aan, wennen
comme prévu
=
zoals afgesproken
au pied de
=
aan de voet van
le canal
=
de gracht
l’auberge de jeunesse
=
de jeugdherberg
le peintre
=
de schilder
prendre le chemin du retour
=
de terugweg aanvaarden
une visite guidée
=
een rondleiding
sécuriser
=
beveiligen
le dépôt
=
de borg, de garantie
les charges
=
de servicekosten
le canapé convertible
=
de slaapbank
le chauffage
=
de verwarming
transmettre à l’ennemi
=
aan de vijand doorgeven
le pont de singe
=
de houten hangbrug
le mineur
=
de minderjarige
la tyrolienne
=
de tokkelbaan
le parc de loisirs
=
het recreatiepark
échapper à
=
ontsnappen aan
partir à la recherche de
=
op zoek gaan naar
la maîtrise de l’anglais
=
de beheersing van het Engels
l’ambiance
=
de sfeer
un restaurant rapide
=
een fastfoodrestaurant
résister à
=
weerstand bieden aan
à marée basse
=
bij eb
le phoque
=
de zeehond
le volontariat
=
het vrijwilligerswerk
poser sa candidature
=
solliciteren
soigner
=
verzorgen
passionner
=
boeien
le gardien
=
de wachter
une salle d’eau
=
een wasruimte
le parc animalier
=
het dierenpark
inoubliable
=
onvergetelijk
Serait-il possible de … ?
=
Zou het mogelijk zijn om … ?
la restauration
=
de horeca
l’accueil
=
de ontvangst
la banlieue
=
de voorstad
le bénévole
=
de vrijwilliger
proposer
=
voorstellen, aanbieden
le conseiller
=
de adviseur
confirmé
=
ervaren
curieux
=
nieuwsgierig
prendre en charge
=
op zich nemen
en laisse
=
aan de lijn
avoir l'habitude de
=
gewend zijn om
mieux vaut
=
het is beter om
la confiance
=
het vertrouwen
envisager
=
van plan zijn, overwegen
se laisser traîner
=
zich laten voortslepen