uit eten

Woordjes leren om uit eten te gaan in het Frans


Wil je woordjes leren om uit eten te gaan in het Frans?
Leer dan deze lijst met Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Frans Nederlands
  • le petit déjeuner = het ontbijt
  • le déjeuner = de lunch
  • le dîner = het diner
  • une portion = een portie
  • une bouteille = een fles
  • un verre = een glas
  • boissons = dranken
  • eau de source = bronwater
  • limonade = limonade
  • un coca = een cola
  • jus = sap
  • vin = wijn
  • bière = bier
  • poivre et sel = peper en zout
  • une boisson = een drankje
  • sortir dîner = uit eten gaan
  • le restaurant = het restaurant
  • le café = het café
  • la salle à manger = de lunchroom
  • bon appétit! = eetsmakelijk!
  • à votre santé! = proost!
  • le démarreur = het voorgerecht
  • le plat principal = het hoofdgerecht
  • le dessert = het dessert / het nagerecht
  • réserver une table = een tafel reserveren
  • commander quelque chose = iets bestellen
  • Il a bon - mauvais goût = Het smaakt goed - slecht
  • serveur = ober
  • Je voudrais payer = Ik wil graag afrekenen
  • l'addition = de rekening