Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Italiaans Nederlands
  • il bar = het café/de kantine
  • l'università = de universiteit
  • inglese = Engels
  • cosa? = wat?
  • studiare = studeren
  • medicina = geneeskunde
  • Padova = Padua
  • la borsa di studio = de studiebeurs
  • il complimento = het compliment
  • mia madre = mijn moeder
  • mia nonna = mijn oma
  • da mia nonna = bij mijn oma
  • la casa = het huis
  • a casa = thuis
  • informatica = informatica
  • come stai? / come va? = hoe gaat het met jou?
  • così così = zo zo/het kan beter
  • un po' = een beetje
  • stanco = moe
  • ti presento Mary = il stel je Mary voor
  • presentare = voorstellen
  • la ragazza = het meisje