Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Latijn Nederlands
  • dea = godin
  • filia = dochter
  • florent = (zij) bloeien
  • florÄ“re = bloeien
  • insula = eiland
  • ludere = spelen
  • ludit = (zij/hij) speelt
  • puella = meisje
  • quoque = ook (staat achter het woord waarbij het hoort)
  • silva = bos
  • ubi = w aar
  • soror/ sorores = zuster
  • uxor/ uxores = vrouw/ echtgenote
  • mater/ matres = moeder
  • pater/ patres = vader
  • flos/ flores = bloem