Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Latijn Nederlands
  • de + abl. = van (boven) … af / over / aangaande
  • res / rei = zaak / ding
  • tantus = zo groot / zo veel
  • tam = zo(zeer)
  • atrox / -ocis = afschuwelijk / gruwelijk
  • neque = en niet / ook niet / noch
  • neque … neque = noch … noch / en niet … en ook niet
  • satis = voldoende / genoeg
  • gravis = zwaar / gewichtig / belangrijk / ernstig
  • liber / liberi = vrij
  • possum (posse) / potui = kunnen
  • intellego (intellegĕre) / intellexi / intellectus = begrijpen
  • nam = want
  • accedo (accedĕre) / accessi = naderen / erbij komen
  • summus = grootste / hoogste
  • dignitas / dignitatis = waardigheid / aanzien
  • vis (acc. vim / abl. vi) = geweld / kracht / macht / invloed
  • oro (orare) = smeken / verzoeken
  • atque = en
  • bonus = goed
  • cum + abl. = (samen) met
  • verbum = woord
  • audio / audivi / auditus = luisteren / horen