Basiswoorden bij het CE Latijn 2022

Basiswoorden bij het CE Latijn 2022

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Latijn Nederlands
  • patres conscripti = heren senatoren
  • me (acc. / abl.) = mij
  • ostendo (ostendĕre) = tonen / laten zien
  • longus = lang
  • consuetudo, consuetudinis = gewoonte
  • parens, parentis = ouder (vader / moeder)
  • parum (bijw.) = te weinig / niet genoeg
  • gratus = dankbaar / aangenaam
  • laudo (laudare) = prijzen
  • praeterea (bijw.) = bovendien
  • primus = eerste
  • imperator, imperatoris = opperbevelhebber / keizer
  • pius = liefdevol / trouw
  • civis, civis = burger
  • officium = plicht / taak
  • neque = en niet / ook niet / noch
  • neque . . . neque = noch . . . noch / en niet . . . en ook niet
  • satis (+ gen.) = genoeg (van)
  • amo + acc. (amare) = houden van / liefhebben
  • bonus = goed
  • malus = slecht
  • odi (perf.) (odisse) = haten
  • adicio (adicĕre) = toevoegen
  • meritum = verdienste
  • tutus = veilig
  • permitto (permittĕre) = toevertrouwen / toestaan
  • fama = gerucht / verhaal / reputatie
  • vita = leven
  • mors, mortis = dood
  • nec = en niet / ook niet / noch
  • nec . . . nec = noch . . . noch / en niet . . . en ook niet