Basiswoorden bij het CE Latijn 2022

Basiswoorden bij het CE Latijn 2022

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Latijn Nederlands
  • domus, domus (vrl.) = huis
  • domo = van huis
  • accipio (accipĕre) = ontvangen / verkrijgen / vernemen
  • periculum = gevaar
  • villa = landhuis
  • ullus, ullius = enig / iemand
  • nisi = als niet / tenzij / behalve
  • navis, navis = schip
  • discrimen, discriminis (onz.) = onderscheid / gevaar
  • ora = rand / kust
  • fero (ferre) = dragen / brengen / verdragen
  • propero (properare) = zich haasten
  • illuc (bijw.) = daarheen
  • unde = vanwaar / waarvandaan
  • fugio (fugĕre) = vluchten
  • adeo (bijw.) = zozeer
  • metus, metus = vrees / angst
  • malum = ramp / slechte daad / (een) kwaad
  • incido (incidĕre) = vallen in / op / terechtkomen in / gebeuren / zich voordoen
  • accedo (accedĕre) = naderen / erbij komen / ernaar toe gaan
  • niger, nigri = zwart / donker
  • litus, litoris (onz.) = kust
  • paulum (bijw.) = weinig / een beetje / even
  • moneo = waarschuwen / aansporen
  • fortis = dapper / sterk
  • fortuna = lot / toeval / fortuin / (on)geluk
  • iuvo (iuvare) = helpen