EN
NL
FR
DE
ES
IT
Learn vocabulary
Tips
Study method
Start
Wozzol
Tips
Study method
About
Vocabulary lists
News
What can you do?
Learn vocabulary
Learn lines
Learn pictures
Explanation
FAQs
Articles
If you would like to learn more vocabulary in a foreign language please let us know.
Contact us
Vocabulary list
Vocabulary lists
Latijn
Ars legendi
Vidi
Vidi 01.5 verbogen/vervoegd
Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.
Actions
Open list to learn
Print the list as
flashcards
Export list as text file
Latijn
Nederlands
abis
=
abire, weggaan
armorum
=
arma, de wapens
bello
=
bellum, de oorlog
colunt
=
colere, 1. bewerken 2. (be)wonen 3. vereren
deinde
=
deinde, daarna, vervolgens
ergo
=
ergo, dus
etiam
=
etiam, 1. ook 2. zelfs
facilem
=
facilis, gemakkelijk
habemus
=
habere, 1. hebben 2. houden 3. beschouwen als
hostium
=
hostis, de vijand
imperio
=
imperium, 1. het bevel 2. het oppergezag 3. het rijk
itaque
=
itaque, dus, dan ook
iura
=
ius, het recht
lege
=
lex, de wet
malunt
=
malle, liever willen
manibus
=
manus, 1. de hand 2. de troep
militi
=
miles, de soldaat
mittis
=
mittere, sturen, zenden
nobis
=
nos, wij, ons
nostra
=
noster, onze
pacem
=
pax, de vrede
patris
=
pater, de vader
patribus
=
patres, 1. de voorouders 2. de senatoren
petit
=
petere, 1. a / ab + abl.: vragen aan 2. opzoeken, gaan naar
post
=
post, na, achter
quoque
=
quoque, ook
recipio
=
recipere, 1. terugnemen 2. ontvangen
semper
=
semper, altijd
sicut
=
sicut, zoals
sub
=
sub, onder, onderaan
suo
=
suus, zijn / haar / hun (eigen)
tua
=
tuus, jouw, je, uw
vestrum
=
vester, jullie
viro
=
vir, de man
vobis
=
vos, jullie