EN
NL
FR
DE
ES
IT
Learn vocabulary
Tips
Study method
Start
Wozzol
Tips
Study method
About
Vocabulary lists
News
What can you do?
Learn vocabulary
Learn lines
Learn pictures
Explanation
FAQs
Articles
If you would like to learn more vocabulary in a foreign language please let us know.
Contact us
Vocabulary list
Vocabulary lists
Latijn
Ars legendi
Vici
Vici 10.03
Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.
Actions
Open list to learn
Print the list as
flashcards
Export list as text file
Latijn
Nederlands
comperire
=
comperio, te weten komen
consulere
=
consulo, 1. raadplegen 2. overleggen
dimittere
=
dimitto, 1. wegsturen 2. loslaten
fungi
=
fungor + abl. , (een taak) vervullen
senex
=
senis, m., de oude man
existimare
=
existimo, 1. menen, vinden 2. beschouwen als
differre
=
differo, 1. verschillen 2. uitstellen
auctor
=
auctoris, m., de dader, de verantwoordelijke
ullus
=
ulla, ullum, ook maar één, enig
plerique
=
pleraeque, pleraque, de meeste(n)
nimis
=
bijwoord, te veel, te zeer
necesse est
=
onpersoonlijk, het is noodzakelijk
longe
=
bijwoord, 1. ver 2. verreweg
in-
=
on-
tuus
=
tua, tuum, jouw, je, uw
descendere
=
descendo, afdalen
evenire
=
evenit, 1. aflopen 2. gebeuren