Basiswoorden bij het CE Grieks 2022

Basiswoorden bij het CE Grieks 2022

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Oudgrieks Nederlands
  • πῶς… = hoe?
  • πως (bijw.) = op een of andere manier / enigszins
  • τὸ γέρας / γέραος / γέρως = eergeschenk
  • κεῖμαι = liggen
  • οὗτος / αὕτη / τοῦτο = die / deze / dat / dit (de aangesprokene is nabij) / hij / zij / het / laatstgenoemde (met nadruk)
  • αὐτάρ = maar / aan de andere kant / en
  • οὕτω(ς) = op die manier / zo
  • ἀγαθός = goed
  • κάθημαι = zitten
  • μεγάθυμος = dapper / fier
  • αἱρέω = (in)nemen / krijgen / gevangen nemen
  • ἡ ἑκατόμβη = offer (van honderd runderen) / hecatombe
  • εἷς / μία / ἕν / ἑνός = één
  • ὄφρα + conj. / opt. = opdat / om te
  • δῖος = edelgeboren / voortreffelijk