EN
NL
FR
DE
ES
IT
Learn vocabulary
Tips
Study method
Start
Wozzol
Tips
Study method
About
Vocabulary lists
News
What can you do?
Learn vocabulary
Learn lines
Learn pictures
Explanation
FAQs
Articles
If you would like to learn more vocabulary in a foreign language please let us know.
Contact us
Vocabulary list
Vocabulary lists
Oudgrieks
Kosmos
Vocabularium
2A
Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.
Actions
Open list to learn
Print the list as
flashcards
Export list as text file
Oudgrieks
Nederlands
ἐκ / ἐξ + gen.
=
uit
αἱ Ἀθηναί
=
Athene
αἱ Ἀθηναί
de stad
Athene
ἡ ὁδος
=
de weg
μακρός
=
lang
χαλεπός
=
moeilijk
πολλοί nom. mv
=
veel
ἡ πέτρα
=
de rots
ὅμως
=
toch
ὁ υἱός
=
de zoon
θεῖος
=
goddelijk
ὁ ἰατρός
=
de arts / de dokter
ὁ θάνατος
=
de dood
ὡς
=
als / zoals
ὁ θεός
=
de god
ἡ νόσος
=
de ziekte
παύω
=
ik laat stoppen / ik beëindig
περί + gen.
=
over / aangaande
ἡ γνώμη
=
de mening
καλός
=
mooi
δή
=
uiteraard / natuurlijk, dan
φίλος + dat.
=
geliefd aan / dierbaar aan
ἡ λύπη
=
het verdriet
παρ-έχω
=
ik verschaf / ik geef
διά + acc.
=
door / vanwege
ὁ ἥλιος
=
de zon
ἤδη
=
al / reeds
πάσχω
=
ik lijd
ἆρα
=
vraagwoordje
δυνατός
=
mogelijk
τὸ δένδρον
=
de boom
μέντοι
=
maar / echter
ἔξεστι(ν) (+ dat.)
=
het is mogelijk (voor) … / … kan
προ-βαίνω
=
ik ga verder
δεῖ
=
het is nodig
εἰ
=
als
μέλλω
=
ik ben van plan / ik zal / ik wil
πάρ-ειμι
=
ik ben aanwezig
αἱ πύλαι
=
de poort
σπεύδω
=
ik haast me
πείθω
=
ik overreed, ik overtuig, ik haal over