EN
NL
FR
DE
ES
IT
Learn vocabulary
Tips
Study method
Start
Wozzol
Tips
Study method
About
Vocabulary lists
News
What can you do?
Learn vocabulary
Learn lines
Learn pictures
Explanation
FAQs
Articles
If you would like to learn more vocabulary in a foreign language please let us know.
Contact us
Vocabulary list
Vocabulary lists
Spaans
De Uitgeversgroep
Spaans A2-niveau
A2 - Deel Vrijetijdssector - 1e editie
SPA A2, Thema 12
Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.
Actions
Open list to learn
Print the list as
flashcards
Export list as text file
Spaans
Nederlands
¡Qué tenga unas felices vacaciones!
=
Fijne vakantie!
¡Salga temprano!
=
Vertrekt u op tijd!
¿Qué le parece?
=
Wat vindt u er van?
¿Qué te parece?
=
Wat vind je er van?
A su propio ritmo
=
In uw eigen tempo
América central
=
Midden-amerika
Bruselas
=
Brussel
Cosas valiosas
=
Waardevolle spullen
El agua del grifo
=
Het kraanwater
El bastón
=
De wandelstok
El catálogo de viajes
=
De reiscatalogus
El ferry
=
De veerboot
El Océano Atlántico
=
De Atlantische Oceaan
El paraíso
=
Het paradijs
El seguro de anulación
=
De annuleringsverzekering
El viaje a ciudades
=
De stedentrip
El volcán
=
De vulkaan
Es un país seguro
=
Het is een veilig land
Firmar
=
Ondertekenen
Hay de todo
=
Er is van alles
La arena
=
Het zand
La moneda
=
De munt
La pirámide
=
De piramide
La vacuna/vacunación
=
De vaccinatie/inenting
Las dunas
=
De duinen
Las vacaciones de playa
=
De strandvakantie
Lisboa
=
Lissabon
Lo tengo muy claro
=
Het is mij duidelijk
Londres
=
Londen
Los gastos de gestión
=
De reserveringskosten
Los zapatos cerrados
=
De dichte schoenen
No se admite/admiten/no se permite/permiten
=
Het is niet toegestaan
Nueva York
=
New York
París
=
Parijs
Roma
=
Rome
Viena
=
Wenen