EN
NL
FR
DE
ES
IT
Learn vocabulary
Tips
Study method
Start
Wozzol
Tips
Study method
About
Vocabulary lists
News
What can you do?
Learn vocabulary
Learn lines
Learn pictures
Explanation
FAQs
Articles
If you would like to learn more vocabulary in a foreign language please let us know.
Contact us
Vocabulary list
Vocabulary lists
Spaans
Paso Adelante
1 THV
5.4
Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.
Actions
Open list to learn
Print the list as
flashcards
Export list as text file
Spaans
Nederlands
la plaza
=
het plein
famoso
=
beroemd
ir de tiendas / ir de compras
=
winkelen
el regalo
=
het cadeau
el videojuego
=
het computerspel
comprar
=
kopen
la ropa
=
de kleding
la camiseta
=
het shirt
los pantalones
=
de broek
la falda
=
de rok
la tienda
=
de winkel
el estilo
=
de stijl / de smaak
enorme
=
enorm
odiar
=
een hekel hebben aan
encantar
=
heel leuk vinden
costar
=
kosten
barato
=
goedkoop
caro
=
duur
pagar
=
betalen
el color
=
de kleur
necesitar
=
nodig hebben
preferir
=
liever willen
la talla
=
de maat
el probador
=
de paskamer
el bolso
=
de tas
la zapatilla
=
de sneaker
original
=
origineel
deportivo
=
sportief
elegante
=
elegant
alternativo
=
alternatief
los vaqueros
=
de spijkerbroek
los zapatos
=
de schoenen
estar de rebajas
=
in de uitverkoop zijn
estar de oferta
=
in de aanbieding zijn
las botas
=
de laarzen
el jersey
=
de trui
la chaqueta
=
het jasje
la rebeca
=
het vestje
el suéter
=
de sweater
el abrigo
=
de winterjas
la prenda
=
het kledingstuk
la camisa
=
de blouse
el folleto
=
de folder
dar un paseo
=
een wandeling maken
el sombrero
=
de hoed
la estatua
=
het standbeeld
el horario
=
de openingstijden
La entrada
=
het toegangsbewijs
descansar
=
uitrusten
tomar algo
=
iets drinken
el estadio de fĂștbol
=
het voetbalstadion
la moda
=
de mode
las gafas de sol
=
de zonnebril
el monedero
=
de portemonnee
el reloj
=
het horloge
el collar
=
de ketting
los pendientes
=
de oorbellen
La mochila
=
de rugzak
el complemento
=
de accessoire
el mercado
=
de markt