Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Spaans Nederlands
  • apenas = nauwelijks
  • además = bovendien
  • aunque = hoewel
  • como = aangezien
  • por eso = daarom
  • por tanto / por eso

    daarom

  • sin embargo = toch
  • servir para = dienen om
  • molestar = storen
  • recargar = opladen
  • aburrirse = zich vervelen
  • convertirse en = worden
  • ofrecer = aanbieden
  • ser incapaz de = niet in staat zijn om
  • cotidiano = dagelijks
  • curioso = merkwaardig
  • exagerado = overdreven
  • generoso = vrijgevig
  • redondo = rond
  • cuadrado = vierkant
  • rectangular = rechthoekig
  • el invento = de uitvinding
  • el abrigo = de jas
  • el diseñador = de ontwerper
  • el equipaje = de bagage
  • el metal = het metaal
  • el plástico = het plastic
  • la piel = het leer
  • la lana = de wol
  • el cristal = het glas
  • el papel = het papier