Wozzol

Please check if the vocabulary list is correct before you learn it.

  • Spaans Nederlands
  • acostumbrarse a = wennen aan
  • afortunadamente = gelukkig
  • alquilar = huren
  • apetecer = zin hebben in
  • arruinar = vernielen
  • atraer = aantrekken
  • defender = verdedigen
  • demandar = terugeisen / verzoeken
  • demostrar = laten zien
  • devolver = terugbrengen
  • disfrutar = genieten
  • dramático = dramatisch
  • elegir = kiezen
  • en cuanto a = wat betreft
  • gracioso = grappig
  • la historia = het verhaal
  • imaginarse = zich voorstellen
  • la interpretación = de interpretatie
  • el mensaje = de boodschap
  • molestar = lastig vallen
  • la moral = de moraal
  • el objetivo = het doel
  • oponerse a = bezwaar maken tegen
  • perseguir = achtervolgen / najagen
  • a pesar de = ondanks
  • a pesar de que

    ondanks dat

  • la posibilidad = de mogelijkheid
  • el premio = de prijs
  • proteger = beschermen
  • real = waargebeurd
  • reprochar = beschuldigen
  • la solución = de oplossing
  • suspense = thriller-
  • tender a = neigen tot
  • transcurrir / transmitir = overbrengen